De Jordaan

Gerestaureerd hofje in de JordaanDe Jordaan is een boeiende wijk. Smalle straatjes met kleine winkeltjes, galerieën, antiekwinkels, cafeetjes, eethuisjes en restaurants, eigenlijk één grote Winkel van Sinkel op wijkniveau. Daartussen en erboven wonen de mensen.

Smalle straten met al even smalle huizen, slechts een enkel grootschalig wooncomplex. Doorsneden door grachten die de namen van bloemen dragen. Hier en daar een markt, en een kerk en een moskee die er even bovenuitsteken. En aan de rand zie je de grote Westertoren, nog net in de rijke grachtengordel. Een leuke wijk om doorheen te zwerven, en eigenlijk wandel je dan door een fascinerend stukje geschiedenis.

Want het stratenpatroon en de smalle kavels stammen regelrecht uit de zeventiende eeuw. Zo ook de ongeplande mix van winkeltjes , kroegjes en andere bedrijfjes in de woonstraatjes. Daarin zie je de kleinschalige ambachtswerkplaatsjes en buurtneringen van vroeger terug. De antiekwinkeltjes zijn de opvolgers van de uitdragerijen voor de armoedzaaiers van toen, de hofjes voor armlastige ouderen worden nu door gewone Amsterdammers of studenten bewoond. Een voorbeeld voor de hedendaagse stedenbouwkundigen, die zo'n gezellige mix van van alles en nog wat ook in hun nieuwbouwprojecten proberen te realiseren, maar dan anders.

Verval, stadsvernieuwing
Toch is de afgelopen dertig jaar ook het gezicht van de Jordaan geleidelijk veranderd. De wijk was in de jaren zestig en zeventig verder in verval geraakt, of zeg maar gewoon: verkrot. Die krotten werden soms gesloopt zodat er gaten vielen in de straatwand - een slecht onderhouden gebit. Het zag er niet best uit.
Vanaf de jaren zeventig werden wel woningen vervangen door nieuwbouw en begin jaren tachtig kwam die stadsvernieuwing dankzij de daadkrachtige Jan Schaefer onder stoom: huizen werden opgeknapt en waar dat niet meer mogelijk was werd gesloopt en opnieuw gebouwd. Hoognodig, want er was woningnood. Maar hoe je zo'n oude wijk opwaardeert, moest nog uitgevonden worden. Van de architectuur van die vroege  stadsvernieuwing raak je niet opgewonden, en zo'n wooncomplex  wijkt toch wel flink af van wat er stond. Later is dat wel goed gekomen. Wat er tegenwoordig gebouwd wordt, heeft vaak grote kwaliteit en past beter bij de oude buurt. Er is nu ook geld voor.

Yuppificering
Er veranderde nog meer. In de omgeving werd veel gebouwd. Een deel van de oorspronkelijke bevolking trok weg naar plaatsen als Almere en Purmerend. In de achtergelaten huizen trok een dynamisch volkje, jong, artistiek, voor het eerst op eigen benen, verliefd, weinig eisen stellend aan een woning. Soms werd er gekraakt. En met het opknappen van de woningen stegen de prijzen van de koopwoningen. Voor de oorspronkelijke bewoners in de plaats kwamen mensen die het konden opbrengen en die aangetrokken werden door de artistieke sfeer in de oude stadswijk. In de jaren rond de eeuwwisseling zette de yuppificering van de Jordaan krachtig door. Kortom, een klassiek geval van gentrification. Amsterdam leerde er veel van. En die ervaring komt goed van pas in wijken als de Pijp en de Indische Buurt, die nu zo'n zelfde proces van gentrification doormaken.